Financiering

Inleiding

Wat wordt er besproken in de paragraaf ?

In deze paragraaf wordt het treasurybeleid (financieringsbeleid) op voornamelijk de overtollige liquide middelen beschreven. Ook wordt er inzicht gegeven in de ontwikkelingen in de afgelopen periode en worden onze verwachtingen en inschattingen van toekomstige ontwikkelingen geschetst. Een belangrijke plaats neemt het risicobeheer van de financieringsportefeuille in.

Wat is Treasury?

Treasury omvat alle werkzaamheden gericht op zowel het formuleren van beleid als het daadwerkelijk aantrekken van eventueel noodzakelijke financiering en het uitzetten van (tijdelijk) overtollige middelen die niet direct nodig zijn voor het uitoefenen van de publieke taak.Tevens is het belangrijk dat de risico's die verbonden zijn aan deze activiteiten continu beheerst worden. En ook dat vormt een belangrijk onderdeel van treasury.

Vanaf 2013 is bij wet verplicht Schatkistbankieren ingesteld. Dat houdt in dat de provincie al haar overtollige liquide middelen moet aanhouden bij het ministerie van Financiën. Dit kan in de vorm van een rekening courant of het plaatsen van (meerjarige) deposito's. Onder voorwaarden mogen er ook leningen verstrekt worden aan mede-overheden, het zogenaamde onderling uitlenen.

Tot de treasury activiteiten behoort ook het beheren en uitvoeren van de overeenkomsten inzake uitgezette middelen met financiële ondernemingen die voor 4 juni 2012 zijn aangegaan. Deze overeenkomsten worden gerespecteerd en  mogen aflopen onder de voorwaarden zoals die voor eerder genoemde datum van kracht waren.
Tot slot worden de volgende treasury balansposten in deze paragraaf belicht:

  • Activa: Lening aan openbare lichamen;
  • Activa: Overige verstrekte langlopende leningen;
  • Activa: Liquide middelen;
  • Passiva: Vaste schulden met een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer.

Wat willen wij bereiken?

Treasury omvat de financiering van beleid en het uitzetten van tijdelijk overtollige middelen die niet direct nodig zijn voor het uitoefenen van de publieke taak.
De belangrijkste kaders zijn de Provinciewet, Wet financiering decentrale overheden (wet FIDO),  Regeling schatkistbankieren decentrale overheden, Besluit begroting en verantwoording, Financiële verordening provincie Drenthe, Financieringsstatuut provincie Drenthe, Administratieve organisatie treasury en overige ministerie regelingen. Voor het uitzetten van gelden bij mede-overheden is in 2014 een protocol vastgesteld (Statenbrief 2014003146).
Overtollige middelen die niet direct nodig zijn voor het uitoefenen van de publieke taak worden conform het verplicht schatkistbankieren uitgezet bij de Staat of onderling uitgeleend aan gemeenten waarmee geen toezichtsrelatie bestaat.
Uitzonderingen op het verplicht schatkistbankieren zullen beperkt blijven tot situaties waarvoor wettelijk is bepaald dat een ander regime geldt, zoals voor de nazorgfondsen en overeenkomsten die voor 4 juni 2012 zijn afgesloten.
De provincie Drenthe heeft een behoudend beleggingsbeleid. Dit heeft tot gevolg dat niet het hoogste rendement wordt behaald. Het risicoprofiel kan getypeerd worden als risicomijdend en defensief. Met inachtneming van eerder genoemde is ons beleid gericht op minimalisatie van de kosten en optimalisatie van de opbrengsten.  

Wat gaan wij daarvoor doen?

Stand van zaken

In het vervolg van deze paragraaf  schetsen we op basis van onderstaande balansposten de huidige stand van zaken en de ontwikkelingen op het gebied van de treasury.  

  • Activa:    Lening aan openbare lichamen;
  • Activa:    Overige verstrekte langlopende leningen;
  • Activa:    Liquidemiddelen;
  • Passiva: Vaste schulden met een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer.

Daarna wordt een overzicht gegeven van de verplichtingen niet blijkende uit de balans te weten de gewaarborgde geldleningen en de garantstellingen.
Tot slot wordt er ingegaan op de meer specifieke treasuryactiviteiten en ontwikkelingen.

Activa: Lening aan openbare lichamen

De leningen aan  openbare lichamen zijn leningen die zijn aangegaan met gemeenten (onderling uitlenen). Onze portefeuille ziet er per 1 augustus 2015 als volgt uit:

Bedragen x € 1.000,-

Einde looptijd

%

Lening
31-dec-14

Lening afgesloten 2015

Lening
1-aug-2015

Gem. Smallingerland

2-sep-19

0,750

5.000

5.000

Gem. Velsen

16-sep-24

1,580

10.000

10.000

Gem. Blaricum

3-okt-17

 0,270

6.000

6.000

Gem. Amsterdam

11-dec-24

1,202

10.000

10.000

Gem. Maassluis

1-dec-19

0,510

7.000

7.000

Gem. Oosterhout

6-feb-20

0,380

5.000

5.000

Gem. Ettenleur

26-jun-20

0,410

10.000

10.000

Totaal

38.000

15.000

53.000

In 2015 hebben we het onderling uitlenen voortgezet. Afhankelijk van onze liquiditeitsprognose, financiële markt en risico's zal de leningportefeuille de komende jaren verder  worden uitgebreid. In de treasurycommissie was afgesproken dat het verschil tussen onderling uitlenen en plaatsen bij de schatkist minimaal 25 basispunten (= 0,25%) meer moest opleveren. Door daling van de rentestanden kon dit niet worden gerealiseerd. In de treasurycommissie is toen besloten voor een leningstermijn van 2 jaar of minder het minimale verschil in rendement van 25 basispunten los te laten.  
In de periode januari tot en met juli 2015 hebben we - in het kader van onderling uitlenen - met de Gemeente Oosterhout  op 6 februari een lening van € 5 miljoen (5 jaar) afgesloten tegen een tarief van 0,38% (tarief destijds Nederlandse Staat  0,01) en met de Gemeente Etten-Leur op 26 juni een lening van € 10 miljoen (5 jaar) afgesloten tegen een tarief van 0,41% (tarief Nederlandse Staat destijds 0,09%).  

Activa: Overige verstrekte langlopende leningen
Onderstaande tabel geeft de verstrekte langlopende leningen weer per 1 augustus 2015:

Bedragen x € 1.000,-

Einddatum

Rente

1-aug-15

Hypotheken 

16.923

Verstrekte overige geldleningen

Verstrekte geldleningen >1 jaar

53.777

RTV Drenthe

31-dec-27

4,00

2.768

Drentse Participatie Maatschappij

31-dec-15

4,00

1.500

Via Nationaal Restauratiefonds

opzegtermijn 6 maanden

variabel

865

Dutch Recycling Solutions

1-jul-15

0,00

150

Gemeente Emmen (DPE Next)

1-jan-37

3,00

4.800

INCAS 3

1-jan-17

0,00

1.550

St.Sensor Universe

31-dec-15

0,00

620

Zonneleningen SVN

opzegtermijn 1 jaar

1 mnds deposito

1.201

Totaal verstrekte overige leningen

67.331

Verstrekte leningen (kredietsubsidies)

St. Energy Challenges

15-dec-20

2,00

300

Noordelijk Lokaal Duurzaam Energie NLD

31-dec-18

6,50

150

Breedband De kop van Roderwolde

16-jul-34

1,55

100

Totaal Verstrekte geldleningen (kredietsubsidies)

550

Achtergestelde leningen

INCAS 3 (Achtergesteld)

0,00

2.800

NV Edon (Achtergesteld)

eeuwigdurend

9,00

4.248

Totaal Achtergestelde leningen

7.048

Leningen aan (Deelnemingen)

Bruglening Enexis tranche C

30-sep-16

4,65

11.405

Bruglening Enexis tranche D

30-sep-19

7,20

7.984

Totaal Leningen aan (Deelnemingen) 

19.389

Totaal 

111.241

Hypotheken ambtenaren
In augustus 2015 is er rond € 16,9 miljoen aan hypotheken verstrekt aan het personeel. Vanaf 2007 worden er geen nieuwe hypotheken verstrekt.

Verstrekte overige geldleningen

Verstrekte geldleningen >1 jaar
De post verstrekte geldleningen >1 jaar bestaat uit transacties die zijn aangegaan bij financiële instellingen. Deze leningen zijn aangegaan in het kader van de treasury.  Overeenkomsten die voor 4 juni 2012  zijn afgesloten mogen aflopen onder de voorwaarden als die voor eerder genoemde datum van kracht waren. Het gedeelte van de provinciale treasuryportefeuille dat onder de overgangsregeling valt is ongeveer € 54 miljoen groot. Dit aandeel zal afnemen door vrijval van de uitgezette gelden. Het Nazorgfonds valt niet onder verplicht schatkistbankieren, deze middelen worden nog wel uitgezet via financiële ondernemingen.  
Ook kunnen er leningen verstrekt worden vanuit de publieke taak. Binnen het kader van wet- en regelgeving bepaalt provinciale staten wat zij onder de publieke taak verstaat en hoe deze wordt uitgeoefend. De provincie kan leningen opnemen, leningen verstrekken en garanties verlenen voor de uitoefening van de publieke taak. De  uitoefening van de publieke taak is aan voorwaarden gebonden. Een van de voorwaarden is een marktconforme prijs voor het verstrekken van leningen en garanties
.  
Gemeente Emmen (DPE Next)
Aan de Gemeente Emmen (DPE Next) is een lening verstrekt voor de realisatie van het Dierenpark Emmen en het vastgestelde Bedrijfsplan 7.0A, onderdeel van IGO-Atlanta. Deze lening wordt in tranches beschikbaar gesteld, in 2015 is € 1.800.000,-- beschikbaar gesteld.

Zonneleningen SVN
Er is een groeiende markt voor lokale zonnestroomproductie door particulieren. In december 2014 heeft PS - met terugwerkende kracht - besloten voor de periode vanaf 1 januari 2014 tot en met 31 december 2019 € 10 miljoen beschikbaar te stellen. In 2015 worden gezamenlijk met gemeenten middelen beschikbaar gesteld voor dergelijke leningen, het aandeel van de provincie voor 2015 is maximaal € 2.832.000,--.

Verstrekte leningen (kredietsubsidies)
In principe vallen alle nieuwe publiek taak leningen onder de ASV (Algemene Subsidie Verordening). Dit betekent dat er altijd een subsidiebeschikking aan de lening ten grondslag ligt.

Stichting Energy Challenges
Voor het schooljaar 2014/2015 is aan Stichting Energy Challenges een lening verstrekt van € 200.000,--. Voor het schooljaar 2015/2016 zal in september 2015 aan de hand van de rapportage over het vorige schooljaar  en de verwachtingen voor het nieuwe schooljaar maximaal totaal  € 372.500,-- worden verstrekt.  

De Kop Breed (Breedband)
Voor de uitrol breedband in witte gebieden hebben PS eerder dit jaar  ingestemd met het inzetten van  € 3 miljoen  voor het verstrekken van leningen. Door coöperatie De Kop Breed in de gemeente Noordenveld wordt nu een eerste beroep gedaan op deze middelen. De Kop Breed is de eerste van drie pilotprojecten, EcoOostermoer (Eexterzandvoort) en Oranje zijn de beide andere pilots. Van deze laatste twee wordt in 2015 ook nog een leningaanvraag verwacht.

Achtergestelde leningen

Incas 3
In juni 2014 is aan de stichting Incas een overbruggingslening verstrekt van € 2.8 miljoen. Dit is in 2015 omgezet naar een achtergestelde lening. Met deze achtergestelde lening wordt voldaan aan de vereiste dat een bijdrage wordt geleverd aan de versterking van het eigen vermogen van INCAS3. Tevens wordt voldaan aan de wens van Provinciale Staten van Drenthe om de bijdrage aan Incas een revolverend karakter te geven.

Passiva: Vaste schulden met een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer

De vaste schulden met een rentetypische looptijd van 1 jaar bestaan net als vorig jaar alleen uit Groenfondsleningen. Deze leningen dienen de kavelruil van boeren te financieren. Aan het einde van de looptijd in 2016 moet de lening worden afgelost.

Bedragen x € 1.000,-

Eindelooptijd

%

Lening 31-aug-15

Nationaal Groenfonds

2016

4,300

100

Nationaal Groenfonds

2016

4,300

153

Totaal

253

Niet uit de balans blijkende verplichtingen: Gewaarborgde geldleningen
De gewaarborgde geldleningen betreffen geldleningen verstrekt ten behoeve van instellingen in de gezondheidszorg. Het gaat veelal om borgstellingen vanuit de jaren zeventig en tachtig.

Bedragen x € 1.000,-

Door wie is de lening aangegaan

Gewaarborgd tot

Oorspronkelijk bedrag

Waarvan door de provincie gewaarborgd  per 31-12-2014

St. Provinciale Bibliotheek te Assen

15-nov-19

454

136

St. Provinciale Bibliotheek te Assen

15-apr-20

839

309

Lentes Groningen (St.GGZ Groningen)

1-nov-21

4.112

992

Hendrik van Boeijenoord (St.GGZ Drenthe)

3-dec-24

3.950

1.411

St Interzorg Noord Nederland

20-jun-18

998

182

Niet uit de balans blijkende verplichtingen: Overige garantstellingen
In het kader van revolverend financieren zijn er garantstellingen afgegeven.   

Overige Garantstellingen

Ingangsdatum

Garantstellingx € 1.000,-
per 1 augustus 2015

Sectorplan vrijetijdseconomie

2015 (looptijd maximaal 2 jaar)

100

Sectorplan AMRD

2015 (looptijd maximaal 2 jaar)

684

Garantstelling spoorshuttle Coevorden-Malmö

31-dec-2015

250

Totaal

1.034

De garantstellingen voor Sectorplan vrijetijdseconomie en de AMRD zijn afgegeven om een rijksbijdrage te kunnen ontvangen.

Treasury activiteiten en ontwikkelingen
In de afgelopen periode hebben we een verkenning met andere provincies uitgevoerd naar leningen aan sectorbanken. De uitkomst was dat de provincie Drenthe op dit moment niet wil deelnemen aan dergelijke leningen

Treasury Portefeuille
Per 1 augustus 2015 bestaat de treasury portefeuille uit:

Bedragen in €

 1-aug-2015

 31-dec-2014

Kortlopende uitzettingen

Rijk Schatkistpapier

158.389.060

182.149.552

Langlopende uitzettingen

Obligaties/Deposito's aangegaan voor 4 juni 2012

53.777.140

53.777.140

Langlopende uitzettingen

Decentrale overheden (onderling schatkistbankieren)

53.000.000

38.000.000

Totaal

265.166.200

273.926.692

Over de kortlopende uitzettingen bij de schatkist kunnen we dagelijks beschikken.

Onze portefeuille invulling kan als volgt grafisch worden weergegeven:

De vrijval van de treasuryportefeuille over 2016 tot en met 2024 kan als volgt grafisch worden weergegeven:  

We stellen voor onze portefeuille zodanig in te richten dat we op termijn van circa 100 miljoen naar 50 miljoen korte uitzettingen te gaan.

Ontwikkeling rente
De rente op de geldmarkt (korter dan 1 jaar)  en de kapitaalmarkt  (1 jaar of langer) blijven historisch laag. In onderstaande grafiek zijn de ontwikkelingen zichtbaar over de periode januari 2014 tot en met augustus 2015.

De deposito's van de Nederlandse Staat voor 10 jaar (lange termijn) vertonen een grillig verloop. Na een dieptepunt in april 2015 met een rente van 0,31% stijgt de rente in juli 2015 weer naar 1,05%.
Het 3-maands schatkistpapier bij de Nederlandse Staat levert vanaf juli 2014 geen vergoeding meer op. De Euriobor (het rentetarief waartegen een groot aantal Europese banken elkaar leningen in euro's verstrekken) een belangrijke graad meter voor de korte rente is vanaf mei 2015 negatief.
In onze begroting gaan we uit van een korte rente van 0%,dit is het huidige tarief bij de schatkist.
De rente op de lange uitzettingen zal periodiek - op basis van uitgevoerde transacties - worden aangepast. We houden rekening met een (langlopende) kapitaalmarkt rente voor  nieuwe beleggingen van
2016 : 0,5%
2017: 2,0%
2018 en volgende jaren : 2,5%

Liquiditeitspronose
In onderstaande grafiek is de prognose van de uit te zetten middelen gegeven. De prognose wordt regelmatig bijgesteld op basis van de uitgegeven middelen.

Beheersing van risico’s

Risico's

Kasgeldlimiet kortlopende schulden

De kasgeldlimiet bepaalt het bedrag dat de provincie maximaal als gemiddelde netto vlottende schuld per kwartaal mag hebben. Voor provincies is dat bepaald op 7% van de jaarlijkse begroting.

De afgelopen jaren hebben wij ruimschoots voldaan aan deze limiet. Omdat erin in 2016 geen financiering gepland zullen we ook in 2016 aan deze norm voldoen.

Renterisiconorm - langlopende schulden

Het renterisico op langlopende schulden mag de wettelijke renterisiconorm niet overschrijden. De grondslag van de renterisiconorm is het 20% van het begrotingstotaal

De provincie Drenthe heeft als langlopende lening € 253.000 uitstaan bij het Groenfonds. Door dit geringe bedrag is de renterisiconorm niet van toepassing

Valuta risico's

Ontstaan door schommelingen in wisselkoersen

Geen consequenties voor 2016, omdat er alleen belegd wordt in Euro's.

Kredietrisico's

Risico op terugbetaling van beleggingen en/of rentebetalingen, door alleen te beleggen in vastrentende waarden van financiële ondernemingen en landen met minimaal AAA-rating.

In de afgelopen jaren zijn de ratings van de Rabo, BNP Paribas en NWB gedaald waardoor ze niet meet aan de minimale rating voldoen (bij aankoop waren de ratings voldoende). Er is besloten om niet tot verkoop over te gaan, wel wordt de kredietwaardigheid van de financiële ondernemingen nauwgezet gevolgd.
Alle nieuwe uitzettingen en alle vrij te vallen middelen komen zullen worden geplaatst bij de staat danwel uitgeleend worden aan decentrale overheden. De Nederlandse staat en haar decentrale overheden worden als zeer kredietwaardig beschouwd.

Liquidteitsrisico's

Het kunnen betalen van facturen en overige financiële verplichtingen

Door middel van een liquiditeitsplanning worden de aanwezige liquide middelen  afgestemd op de verwachte ontvangsten en uitgaven

Koersrisico's

Het risico dat de koers van een vastrentende waarde zoals een obligatie zich negatief ontwikkelt.

De beleggingsportefeuille kent een "buy en hold' strategie waardoor vroegtijdige verkoop in principe niet aan de orde is. Afhankelijk van de marktwaarde wordt een koerswinst of koersverlies gerealiseerd.

Berekening EMU-saldo

In het bestuurlijk overleg is afgesproken dat de decentrale overheden ramingen van het EMU-saldo dienen te verstrekken over het voorafgaande jaar, het actuele jaar en het volgende jaar. Wij als provincie Drenthe hebben de jaren i.h.k.v. Wet Hof iets uitgebreid met een aantal jaren. Op deze manier is het meerjarig verloop beter zichtbaar en kan dit bijdragen aan een betere beheersing van het EMU-saldo. In het Bestuurlijk overleg financiële verhoudingen(Bofv) is afgesproken dit beter te monitoren, waarbij dan ook rekening is gehouden met de laatste stand van de investeringsplanning en het planningsoptimisme. Dit alles om, conform in Europa gemaakte afspraken, een juiste landelijke inschatting te kunnen maken en een eventuele bijstelling van het verloop van het EMU-saldo te regelen. De ruimte die de decentrale overheden in 2015 hebben is 0,5% BBP In het Bofv van 14 september 2015 heeft minister Dijsselbloem vastgehouden aan de voorziene daling van de ruimte voor het EMU-tekort van 0,5% BBP naar 0,4% BBP in 2016. In het najaars-Bofv van 2016 zal worden besproken of de voorziene daling naar 0,3% BBP in 2017 “verantwoord en mogelijk” is. Er is voor 2016 geen verdeling over gemeenten, provincies en waterschappen vastgesteld, omdat er toch geen sancties zullen worden getroffen bij eventuele overschrijding.

De belangrijkste uitgangspunten van het Stabiliteits- en Groeipact zijn:
1. Het EMU-saldo: het begrotingstekort mag niet groter zijn dan 3 procent van het bruto binnenlands product1 (BBP).
2. De EMU-schuld: de overheidsschuld moet lager zijn dan 60 procent BBP of in voldoende mate afnemen2.
3. Het structurele EMU-saldo: elk land heeft een Medium-Term Objective (MTO). Dit is een landenspecifiek structureel saldo (het saldo na correctie voor de conjunctuur) dat op de middellange termijn gerealiseerd moet worden. Voor Nederland is dit thans een structureel begrotingstekort van maximaal 0,5 procent BBP.

Meerjarig overzicht EMU-saldo berekening